Misschien denk u nu wel, hij gaat iets schrijven over auto’s en misschien is dat ook wel zo. Dat de autofabrikanten de namen alfa en omega hebben gekozen, zal alles met het hele leven van mensen te maken hebben. De Griekse letters alfa en omega zijn de eerste en laatste letter van het Griekse alfabet, dus in Nederlands van a tot z. Dit begrip staat al in de Bijbel in Openbaringen 1 vers 8: ‘Ik ben de alfa en omega’, zegt God de Heer, ‘ik ben het die is, die was en die komt, de Almachtige. God omvat dus het hele leven, van de aarde en van alle mensen. In het christendom wordt dit geregeld symbolisch tot uitdrukking gebracht. Ook in onze beide kerken vind je dit symbool terug.
Antependium
Het kleed aan de preekstoel van de Kruiskerk en de avondmaalstafel heet een antependium, het Latijnse woord voor voorhangsel. Dit kleed wisselt geregeld, afhankelijk van de tijd van het jaar en de kleur die daar bij hoort. Als er geen bijzondere tijden zijn, hangt het groene kleed aan de preekstoel met de beide Griekse letter Alfa en Omega, de en de. Als je goed kijkt ( in de kerk lukt dat beter op een afstand) staan de beide letters kruislings op elkaar. De beide letters zijn in zilverdraad geborduurd in een kruissteek. Met elkaar is dit een mooi modern symbool voor het leven op aarde (groen) van oost tot west en noord tot zuid, dat van het begin tot het einde omringd wordt door God.
Ik denk, dat de antependia aan de preekstoel en op de avondmaalstafel gemaakt zijn door gemeenteleden. Wie kan mij daar iets over vertellen? Dan kan dat in een volgende aflevering worden genoemd.
Kaarsenstandaard
In de Koepelkerk wordt een kaarsenstandaard gebruikt, die gemaakt is door Matthé van Hout in 2007. Op deze standaard zijn de alfa en omega in hout uitgesneden. Matthé heeft een toelichting geschreven op deze kaarsenstandaard en beter kan ik het niet verwoorden.
Kaarsenstandaard voor de overledenen
Voor de kaarsenstandaard ter nagedachtenis aan onze overledenen is gebruik gemaakt van iepenhout en eikenhout. Iepenhout voor de bodemplank, de basis van ons aards bestaan. Hierin zijn gaten gemaakt waarin de kaarsen zijn ‘geworteld’.
Het ‘bovenaardse’ gedeelte is gemaakt van het duurzame eikenhout. De en de geven aan dat wij van de wieg tot het graf in Gods handen zijn. De verbindingsplank wordt gedragen en is verbonden met de symbolische betekenis van de A en de enis ook van eik.
Er zijn zeven gaten, het getal van de volheid. Als ons leven is voltooid wordt de kaars geplaatst. De gaten waardoor de kaarsen worden gestoken geven steun en verticale richting aan de kaars. De kaars staat symbool voor een persoonlijk mensenleven. Wij worden als het ware bij leven en dood ‘omringd’ door Gods liefde. Deze liefde houdt ons overeind.
De kaarsen worden aangestoken aan de Paaskaars. Elke levenskaars heeft een lont en is in staat om licht te verspreiden. God heeft iedereen laten schijnen op zijn of haar specifieke manier; wij zullen hen niet licht vergeten.
Durk Osinga